Vraag en antwoord over regelgeving bij rVDM
De overheid wil mesttransporten digitaal en realtime vastleggen waardoor meststromen beter gevolgd kunnen worden. Dit voornemen is in september 2018 aangekondigd in het rapport Versterkte Handhavingsstrategie Mest. Hieruit volgde de wijziging van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet rVDM (Ubm rVDM). Dit besluit regelt de invoering van een digitale verantwoording van mesttransporten. In de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet (Urm) wordt de digitale verantwoording verder ingevuld. Daarnaast wordt in de Urm uitgewerkt welke vervoersregels in specifieke situaties gelden.
De inwerkingtreding van het rVDM-systeem is voor alle ondernemers en mesttransporten per 1 januari 2023 ingegaan. Hiervoor is de wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet die regels bevat over rVDM op 21 november 2022 gepubliceerd in de Staatscourant. En is op 24 november 2022 het Koninklijk Besluit voor de inwerkingtreding van de regelgeving per 1 januari 2023 gepubliceerd in het Staatsblad. Alleen voor de import en export van dierlijke meststoffen blijft tot 1 juni 2023 de huidige manier van werken van kracht.
Het doel is dat controle-instanties in staat gesteld worden om achteraf de route van het transport met zekerheid te reconstrueren indien er discussie ontstaat over het transport. Deze routeinformatie wordt niet verzonden aan rVDM, maar wordt bij de vervoerder zelf in de administratie opgenomen. Daarmee wordt gefaciliteerd dat de routeinformatie onderdeel wordt van de bedrijfsadministratie en geldt de daarvoor gebruikelijke bewaarplicht van 5 jaar na afloop van het kalender jaar. Vervoerders kunnen deze data overigens ook bij hun provider laten bewaren. Op verzoek dient de vervoerder op basis van een rVDM-nummer op een inzichtelijke wijze de gegevens zoals de datum en tijd en de afgelegde route beschikbaar te stellen van een gereden transport.
Voor voertuigen die vaste mest vervoeren:
Naast het versturen van een melding bij laden en lossen beschikt het vervoermiddel bij het vervoer van vaste mest, waarvoor de verplichting geldt dat GR-apparatuur aanwezig is, over GR/GPS-apparatuur die in staat is om de gereden routeinformatie op te slaan en via een track- en tracing systeem beschikbaar te stellen voor de bedrijfsadministratie van de vervoerder. Dit is reeds bestaande regelgeving.
Voor voertuigen voor het vervoer van drijfmest:
Naast het versturen van een melding bij laden en lossen vanuit de GR-apparatuur is er tijdens het vervoer van drijfmest een voorziening in het voertuig die in staat is om de gereden routeinformatie op te slaan en welke is op te nemen in de bedrijfsadministratie. Dit mag uit voorgeschreven GR-apparatuur komen, maar mag ook uit een alternatieve voorziening komen die in staat is de gereden route vast te leggen. Er is nu geen wijziging in de regelgeving op de huidige eisen van de GR-apparatuur.
Voor bepaald maatwerk vervoer geldt dat er geen verplichting is tot het wegen, bemonsteren en analyseren van de dierlijke mest en dat er geen gebruik gemaakt hoeft te worden van een geregistreerde intermediair met geregistreerde GR/GPS-apparatuur.
Als dergelijk maatwerk vervoer toch wordt uitgevoerd door een geregistreerde intermediair mét geregistreerde GR/GPS-apparatuur dan blijft de vrijstelling voor het bemonsteren van de vracht gelden. In deze gevallen zal er met de komst van rVDM echter wel een laad- en losmelding vanuit de GR/GPS-apparatuur verzonden moeten worden aan het rVDM-systeem, maar hoeven de gegevens die betrekking hebben op het monster niet mee gestuurd te worden.
Voor de afvoer van paarden- en ponymest naar een substraatbereider en voor het vervoer van kalvergier naar Stichting Mestverwerking Gelderland (SMG) gelden straks ook speciale regels. Zie de website van de RVO.
Ook bij het vervoer van champost moet er straks gebruik gemaakt worden van een geregistreerde intermediair met geregistreerde GR/GPS-apparatuur, maar hoeft de vracht niet gewogen, bemonsterd en geanalyseerd te worden. Ook bij dit vervoer moet er wel een laad- en losmelding vanuit de GR/GPS-apparatuur verzonden worden aan het rVDM-systeem maar hoeven de gegevens die betrekking hebben op het monster niet mee gestuurd te worden.
Nee, ook met de komst van rVDM wordt het niet verplicht om de weegcomputer van het aanboord-weegsysteem te koppelen aan het GR/GPS-systeem.
Ja, voor het rVDM moet iedereen die dierlijke mest levert, vervoert of afneemt een relatienummer hebben bij RVO. Alleen voor buitenlandse leveranciers en afnemers geldt dit niet. Voor hen mag de vervoerder alleen de naam en het adres opgeven.
De vervoerder moet het relatienummer al invullen bij de vooraanmelding. Het is daarom belangrijk dat u het relatienummer op tijd aanvraagt. Zonder nummer kunt u geen dierlijke mest leveren of afnemen.
Vervoert u dierlijke mest naar particulieren of naar kleine landbouwbedrijven? U kunt hen er nu al op wijzen dat ze vanaf 1 januari 2023 een relatienummer nodig hebben. Dit regelen ze eenvoudig door in te loggen bij RVO. Bekijk meer informatie op de website van RVO.
Nee. De leverancier en afnemer bekijken en bevestigen digitaal het rVDM. Zij zijn verantwoordelijk voor die melding. Ze kunnen u niet machtigen om de bevestigingsmelding voor hen te versturen. Particulieren en kleine landbouwers hoeven achteraf niet digitaal te bevestigen. Bent u naast vervoerder ook leverancier en/of afnemer bij het vervoer? Dan bent u wel verantwoordelijk voor de bevestigingsmelding die u als leverancier en/of afnemer moet versturen.
Nee, dat hoeft niet. U moet wel bij elke rit het nummer van het verzamel-rVDM kunnen laten zien. U geeft in de vooraanmelding door hoeveel ritten u rijdt. U zet in de vooraanmelding ook het totale geschatte gewicht van de vracht. De startmelding doet u voor de eerste rit. De weegmelding (geschat gewicht) en losmelding doet u pas aan het einde van de laatste rit. Deze meldingen doet u dus maar één keer.
U kunt soms iemand machtigen om zaken voor u te regelen. De regels zijn bij het rVDM wel anders dan u nu gewend bent. Alle informatie over machtigen leest u op de website van RVO.
Nee. Voor de import en export van dierlijke mest geldt dat deze later zal worden ingevoerd. Dit zal naar verwachting per 1 juni 2023 zijn. Daarvoor blijft tot die tijd de huidige werkwijze van kracht.
Ja, op 21 november 2022 is de wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet die regels bevat over rVDM in de Staatscourant gepubliceerd.
Met de publicatie van de wijziging Uitvoeringsregeling Meststoffenwet (Urm) en de reeds op 22 april 2021 en 14 juli 2022 gepubliceerde wijzigingen van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet (Ubm) wordt helder welke regels voor alle ondernemers van dierlijke meststoffen gelden bij de invoering van het nieuwe realtime Vervoersbewijs dierlijke meststoffen (rVDM) per 1 januari 2023.
U tekent voor de gegevens van een transport. De leverancier tekent voor de levering van de mest en de afnemer tekent voor de ontvangst van de mest. U tekent niet voor de hoeveelheid fosfaat en stikstof in de vracht, die wordt bepaald door het laboratorium of door de berekening met forfaitaire normen. Dat was bij het Vervoersbewijs dierlijke meststoffen (VDM) ook al zo. De digitale bevestiging in rVDM vervangt de handtekening op het papieren VDM.
In rVDM heeft elke partij een eigen verantwoordelijkheid. De vervoerder is verantwoordelijk voor de gegevens die voor en tijdens het vervoer worden gemeld aan rVDM. De leverancier en afnemer bevestigen achteraf digitaal het transport.
Het is belangrijk om te bevestigen omdat u hiermee bevestigt dat u een vracht mest heeft overgedragen of heeft ontvangen. Door te bevestigen verantwoordt u direct de vracht in uw mestboekhouding.